17-04-2024
Mijn hersenen spelen wel eens ping pong in mijn hoofd. Dit gaat ongeveer zo: “doe dit, o nee, toch maar dat.” “Doe zus, o wacht, doe maar zo.” “Zeg maar ja, toch maar nee.” Maar ook: “heb ik het wel goed gedaan?” Herkenbaar?
Ooit ging ik op aan de slag met de overtuiging: “ik moet van die irritante gedachten af”. Inmiddels heb ik geleerd dat dat helemaal niet kan. Gedachten zijn er eenmaal. In de hersenen maken gedachten en associaties verbindingen, die gaan niet meer weg. Maar we kunnen wél nieuwe maken. Betere gedachten, mooiere en lievere gedachten. En vooral leren omgaan met de minder fijne gedachten.
Hoe dan?
Vaak gebruik ik de metafoor van een buschauffeur. Wellicht niet het meest tactisch gekozen voorbeeld gezien de staat van de busverbindingen op het eiland, maar toch. Een buschauffeur vervoert passagiers (gedachten). Die passagiers roepen dingen, zoals: hier naar links, daar naar rechts! Maar uiteindelijk is het de buschauffeur (uzelf dus) die de route bepaald. U zit zelf achter het stuur! De bus aan de kant zetten en in discussie gaan met de passagiers, wat wel eens uit kan lopen op een vechtpartij, heeft geen zin. Want al die tijd staat de bus stil langs de kant van de weg en komt men nergens. Passagiers kunnen roepen wat ze willen, maar de chauffeur bepaald de route. Oftewel: gedachten mogen er zijn en kunnen lekker in de bus blijven zitten. Maar ú bepaald wat u er mee doet.
Gedachten zijn geen feiten. Ik ben niet mijn gedachten. Ik ben ook maar een mens.